VoetbalJournaal Voorne Putten, voorjaar 2019

23 Puur. Voetbal. Als winnen het doel is WWW.MOREFOOTBALLS.COM Het ideevaneenap- plauswissel druiste volgens hem volle- dig in tegen de wijze waarop hij zelf over voetbal denkt. “Het gaat omwinnen. En daar hoort geen poespas bij.” Toen het moment van zijn wissel echter was gekomen, kon hij niets doen dan de lofuitingen van de supporters en medespelers gela- ten over zich heen laten komen. Voor Nijsen kwam op zaterdag 25 mei een einde aan een imposante carrière. Nadat hij in 1996 zijn de- buut maakte voor Wit Rood Wit in Brielle zwaaide hij als 39-jarige speler van dorpsclub Vierpolders af. “Met pijn in het hart”, gaf hij zelf toe. Eigenlijk wilde hij niet stoppen. Het hart zegt doorgaan, het ver- stand stoppen. “Dat laatste heeft “We maken er se- rieus werk van en iedereen helpt mij bij de zoektocht naar nieuwe speelsters”, zegt La- rissa Groenenboom (27). “We zit- ten inmiddels aan 26 speelsters. Om twee teams te maken is dertig spelers wel een vereiste. Twee keer vijftien speelsters zou mooi zijn.” Bij die zoektocht naar nieuwe voetbalheldinnen (en een trainer) wordt geen gelegenheid of mo- gelijkheid onbenut gelaten. “We plaatsen steeds weer oproepen via Facebook en andere socia- le media. We hebben al een keer in de plaatselijke krant gestaan. Nu we zo dichtbij zijn, moet het lukken.” Groenenboom speelde zelf jaren- lang noodgedwongen buiten Roc- kanje in een vrouwenteam. “Roc- kanje is mijn club. Mijn opa en oma hebben er altijd veel gedaan, mijn vader en moeder hebben er ook gespeeld en mijn broertje speelt in het eerste team. Dan kun je wel zeggen dat je oranjebloed door je aderen hebt stromen. Ik heb zelf bij Rockanje in de jeugd altijd bij de jongens gespeeld. Op mijn vijf- tiende ben ik naar Nieuwenhoorn gegaan. Van Nieuwenhoorn zijn Ricardo Nijsen is toe aan zijn pensioen Rockanje-vrouwen op de bres voor tweede team gewonnen”, zegt Nijsen. “Het wordt steeds moeilijker om van waarde te zijn van het elftal. Ou- derdom komt met gebreken, zeg- gen ze. Dat klopt. Ik kreeg steeds meer last van pijntjes. In vergelij- king met vorig seizoen heb ik een stuk minder gespeeld.” Een hijskraan hoefde er nog niet aan te pas te komen als Nijsen een wedstrijd had gespeeld, maar het lichaam kraakte wel aan alle kanten de volgende dag als hij uit bed moest komen. “Ik voelde het goed dat ik een wedstrijd had gespeeld”, verwoordde hij het di- plomatisch. “Dat begon ook bij de trainingen.” Hij nam de woorden die Vierpol- ders-trainer Paul Bestebreur eni- ge tijd geleden sprak in zich op. “Je moet zorgen dat je een seizoen Jassen als doelpalen. Bijna jarig? Vraag geen kado maar een donatie. Kijk op kadoneren.nl 0230268.pdf 1 12-6-2019 11:29:50 te vroeg stopt”, zei hij. “Paul be- doelde daarmee dat je de regie in eigen hand moet houden. Daarin heeft hij volledig gelijk. Ik wil stop- pen voordat mensen gaan vragen wanneer ik dat ga doen. Dat wil ik voor zijn. Natuurlijk had ik als een soort achtervang bij de selectie kunnen blijven, maar ik kenmezelf. Op de bank zitten is niks voor mij. Dan vreet ik mezelf op.” Dit seizoen kreeg hij van zijn trai- ner al alle ruimte. “Ik heb geen zware blessures gehad, maar wel last gehad van kleine pijntjes. Rug, heup, bovenbeen, weet ik het alle- maal. Soms onverklaarbaar, maar feit was dat ik ’s avonds fit het bed kon instappen, maar de volgende morgen als een oude man mijn bed weer uit kroop omdat mijn rug scheef stond. Ik had met Paul de Eigenlijk vond Ricardo Nijsen het helemaal niet leuk dat hij in zijn laatste wedstrijd voor Vierpolders 1 door trainer Paul Bestebreur werd gewisseld. “Normaal doen, jongens”, had hij nog gezegd de weken voorafgaand aan zijn afscheidsduel. Het vrouwenvoetbal zit in de lift bij voetbalvereniging Rockanje. Nadat de club het afgelopen seizoen voor het eerst sinds twaalf jaar weer een team in de competitie kon inschrijven, lonkt nu het perspectief van een tweede team. afspraak dat ik hem dan belde als het niet ging. Dat was niet lastig, omdat ik een echt voetbaldier ben. Ik wil altijdwinnen en als ik wist dat ik niet in goede conditie was, zou- den onze kansen om te winnen kleiner zijn.” Hij zegt terug te kunnen kijken op een mooie carrière die hem via WRW, fusieclub Brielle bij Vierpol- ders bracht. Waar oudere spelers doorgaans naar de achterste linie worden gedirigeerd, ging Nijsen bij Vierpolders van de positie als centrale verdediger naar die van spits. “Als aanspeelpunt en blik- semafleider voor Glenn Stoffers en Jasper Lakerveld.” Vorig seizoen schoot hij er in het succesjaar van Vierpolders nog zeventien in. Dit seizoen blijft die productie steken op acht. “Mijn rol was niet van goalgetter, wel om anderen in scoringspositie te laten komen.” Hij ziet zichzelf niet in een lager team spelen. Een trainerscarrière ligt wel voor de hand. “Ik train bij Brielle al een paar jaar de jeugd.” Tegen de optie om assistent te worden van Bestebreur bij Vier- polders zegt hij niet meteen nee, maar ook geen ja. “In de toekomst is dat een mogelijkheid, maar ik weet niet of dat moment nu al is aangebroken. Ik speel al jaren met deze jongens. Je rol wordt toch anders.” we met het hele team, toen de A1, overgestapt naar Wit Rood Wit. Daar hebben we tot vorig seizoen bij Brielle samengespeeld. We misten echter de gezelligheid en gemoedelijkheid van een kleine club waar we ook echt onderdeel van de vereniging uit maakten. Bij Rockanje hebben we dat gevoel meer. Met een groepje van acht meiden zijn we overgestapt. We hebben het hier uitstekend naar ons zin.” Dat zij twee klassen lager spelen dan bij Brielle nemen zij voor lief. “We spelen in de vierde klasse en zijn daarin achter Zuidland 2 en Poortugaal als derde geëindigd. Als de start niet zomoeizaamwas verlopen had er zeker meer inge- zeten. In het begin moesten we nog heel erg aan elkaar wennen. We hadden weliswaar acht, negen speelsters met ervaring, maar er zaten ook meiden bij die nog nooit hadden gevoetbald. De eerste drie wedstrijden verloren we ook.” Mede door de goede verhalen die zij hoorden over het vrouwen- voetbal meldden zich in de loop van dit seizoen nieuwe meisjes en vrouwen aan bij Rockanje. Daardoor zag trainer Arjen Witte zijn groep steeds groter worden. “Het seizoen hebben we gespeeld met negentien speelsters. Dat is al ruim, want maar zestien na- men mogen op het wedstrijdfor- mulier en vijf wisselspeelsters is ook best veel. Toen we zagen dat er nog meer meiden kwamen, hebben we gezegd: laten we nu maar voor een tweede teamgaan. Voordeel van twee teams is dat je iedereen op zijn eigen niveau kan laten spelen.” Hart Mark Huizinga klopt voor Simonshaven Aan tafel in zijn ouderlijke wo- ning ging het vroeger vaak over maar één ding. Mark Hui- zinga (31) kreeg de liefde voor SV Simonshaven met de pap- lepel ingegoten. “Wat wil je met een vader die al sinds 2001 voorzitter is van de club”, zegt de advisor van de ABN-Amro bank in Utrecht. Die liefde zit bij Huizinga diep, want hoewel hij al dertien jaar niet meer voetbalt, is hij door- deweeks en op zaterdag regel- matig te vinden bij de dorpsclub. “Toen ik op mijn achttiende noodgedwongen moest stop- pen ben ik de jeugd gaan trai- nen. Dat was een alternatief voor het niet kunnen voetballen. In 2011 ben ik secretaris in het bestuur geworden, waar mijn vader dus voorzitter van is. We zijn een kleine club, maar met de vrijwilligers zetten we er de schouders onder. Dat moet ook, want de tijd dat de jeugd uit Vo- gelaar-Noord uit Spijkenisse massaal via de polderweg ons sportpark vond is voorbij.” Het ledental van de club is de af- gelopen tien jaar behoorlijk ge- slonken. “Van ruim driehonderd naar inmiddels honderdvijftig”, spreekt Huizinga zijn zorgen uit. “Er was een periode dat we acht seniorenelftallen hadden en mi- nimaal één jeugdteam per leef- tijdscategorie. Dat halen we nu allang niet meer. Er zijn nog drie seniorenteams over en de vier, vijf jeugdteams krijgen we met veel passen en meten net vol.” “Qua financiën zijn we kernge- zond. Dat komt omdat we altijd zelf veel hebben gedaan. Daar- door kunnen we het nog wel een tijdje uitzingen zo, maar als deze tendens van terugloop zich doorzet, komen wij serieus in de gevarenhoek.” Daarom ook doet Simonsha- ven van alles om nieuwe leden te lokken. “We brengen flyers rond, hangen posters op en ge- ven clinics op scholen. We doen alles om kenbaar te maken wie we zijn en wat we doen.” “Daarbij leggen we de nadruk op onze eigenschappen. We zijn klein en daarom heerst er bij ons een gemoedelijke sfeer. Onze jeugdvoorzitter kent ieder jeugdlid bij naam en voornaam. Je bent bij ons geen nummer. In die beschermde omgeving zijn wij een fijne club voor iedereen.” Hij behoorde toen hij vijf jaar was ook tot de vele spelertjes die vanuit Spijkenisse bij Si- monshaven ging voetballen. “De club heeft me veel gegeven en daarom geef ik nu ook veel terug”, aldus Huizinga, die in de periode van 2015-2018 ook drie jaar leider was van Simonsha- ven 1. “Met trainer Richard van der Werff heb ik prettig samen- gewerkt. Een fijne vent, een echte clubman. De resultaten waren wat minder, maar dat werd gecompenseerd door de gezelligheid en de sfeer.”

RkJQdWJsaXNoZXIy ODM1NjU=