VoetbalJournaal Barendrecht, november 2018

15 Puur. Voetbal. Als winnen het doel is WWW.MOREFOOTBALLS.COM Bezoek Robeysportswear.com Hij moet altijd inwendig lachen als hij sommige van zijn collega- trainers tijdens een wedstrijd ‘van alles’ ziet opschrijven. “Voetbal is geen wetenschap, hoor”, benadrukt André Stafleu. “Maak het niet ingewikkelder dan het is.” Hij was al jeugdtrainer van Slikkerveer, maar sinds dit seizoen draagt Cerezo Fung-a-Wing ook het shirt als voetballer van de Ridderkerkse hoofdmacht. De 35-jarige oud-prof doet dat als aanvallende middenvelder, de positie waar hij bij FC Volendam doorbrak in het betaalde voetbal. André Stafleu geeft Slikkerveer bravoure Aan Slikkerveer de taak om in het eerste deel van de competitie bij de eerste zes te eindigen. “In fe- bruari beginnen we doodleuk aan een nieuwe competitie. Belachelijk, vind ik.” Als profvoetballer was hij al uit- gesproken. In tijden dat de be- langstelling van de media veel minder groot was, gaf hij eens een spraakmakend interview aan het gezaghebbende Voetbal Internati- onal. ‘De trainer heeft mij als hoer gebruikt’, luidde de kop boven het artikel. Stafleu moet er om lachen. “Ik zei er eigenlijk niets meer mee dan dat ik multifunctioneel ingezet kon worden. Tegenwoordig hebben ze het over een polyvalente speler. Dat verhaal heeft me wel een tijdje achtervolgd. Het was ook wat uit zijn verband gerukt. Ik had met die journalist afgesproken in een bil- jartcentrum in Dordrecht. Toen ik die woorden sprak zaten we al drie uur en hadden we al aardig wat ge- dronken.” Het was in een tijd dat je als prof- voetballer ook trainer was bij een amateurclub. “Toen ik bij Feyenoord Cerezo Fung-a-Wing in nadagen terug in oude rol “Ze vragen me wel eens of mijn bed ook op Slikkerveer staat”, lacht de in Rotterdam woonachtige Fung-a- Wing. Hij schat dat hij, buiten zelf trainen en spelen, zo’n dertig uur per week bezig is met de jeugd van de club. Het rijtje teams dat hij training geeft is in ieder geval in- drukwekkend: de JO13, JO15, JO19 en de jongste aanwas, de kabou- ters. “Ik doe het graag”, zegt hij. “Ik heb inmiddels mijn TC3 en TC2 ge- haald. Ik hoop bij Slikkerveer ver- der door te groeien. De club kent mijn wens dat ik ooit hoofdtrainer wil worden.” Hij speelde afgelopen seizoen bij Alliance in Roosendaal. “Dat was op zondag, maar de club besloot naar de zaterdag over te stap- pen. Dat was voor mij niet han- dig, want die dag ben ik met de jeugd van Slikkerveer bezig. Ik wilde niet stoppen omdat ik zelf voetballen ook nog leuk vind. Het heeft zeker meegeholpen dat André Stafleu trainer is gewor- den, hij is van de oude stempel. Ik hou van trainers die zeggenwaar het op staat. Dat doet André ook. Hij is recht voor zijn raap.” Hij groeide op in het hardemetier van het profvoetbal. Als jeugd- Hij trainde in het betaalde voetbal in Nederland en ook enige jaren in het buitenland. “Wat voor taal men- sen ook spreken, voetbal is overal hetzelfde.” Daardoor ook is het voor de oud-prof van Feyenoord, Vitesse en Haarlem geen enkel probleem om in de derde of vierde klasse te werken. “Het gaat me om het spel. Ik hou intens van voetbal”, bekent hij. “Daarom plak ik ook geen einddatumaanmijn carrière.” Ondanks zijn 63 jaar begon hij deze zomer aan een nieuwe klus, bij Slikkerveer moet hij proberen de schade van vorig seizoen te repa- reren. De club degradeerde uit de tweede klasse. “Nét te weinig kwa- liteit en daarnaast liep het elftal niet over van het zelfvertrouwen”, zegt Stafleu, die vorig seizoen nog onder contract stond bij zaterdag- derdeklasser Zestienhoven. Hij wil Slikkerveer dit seizoen wat meer bravoure geven. Hij gruwelt ech- ter van de competitie die door de KNVB is bedacht. “Derde en vierde klasse bij elkaar… wie verzint zo- iets?” speelde, trainde ik bij Barendrecht de A1, A2, B1, B2, C1 en C2. Twee avonden in de week stond ik van vijf tot tien uur op het veld. Dat kon toen allemaal nog.” Zijn lange trainerscarrière voerde hem ook naar China, waar hij bij- na twee jaar werkzaam was bij FC Teda in de stad Tianjin. “Dat speel- de op het hoogste niveau, de Super League. China was wel een beleve- nis, een heel andere cultuur. Een gigantisch groot land. We deden alles met het vliegtuig. Ik geloof dat we in één seizoen 129 binnenlandse vluchten hebben gemaakt.” Hij kreeg er ook te maken met een andere mentaliteit. “Spelers waren zó volgzaam dat je ze bij het ma- ken van een levende muur gerust een uur kon laten staan. Daar moet je hier niet mee komen. Na dertig seconden zijn de eerste spelers al weggelopen.” “Prima club, prima mensen”, zegt Stafleu over Slikkerveer. “Ik vind het hier voetbal ademen. Mijn doel als ik ergens begin is om spelers dertig procent beter te maken.” speler van Ajax verdiende hij een contract bij FC Volendam. “Een koelkastcontract”, weet hij nog. “Op de dag dat ik zestien jaar werd, tekende ik voor twee jaar.” Hij debuteerde ruim een jaar la- ter, als 17-jarige, in de bekerwed- strijd van FC Volendam en Jong Ajax. Hij was in totaal vieren- eenhalf seizoen in dienst van de ‘wijdbroeken’, voordat Erwin Koeman hem naar RKC Waal- wijk haalde. “Dat was een grote promotie”, kijkt Fung-a-Wing te- rug op die transfer. “RKC was in die periode een gerespecteerd team in de Eredivisie. Patrick van Diemen speelde er, Marc van Hintum, Serginho Greene.” Hij speelde tweeneneenhalf jaar in Waalwijk. In zijn derde seizoen vocht hij met de Brabanders tegen degradatie. “We degradeerden via de nacompetitie”, aldus Fung-a- Wing, die echter terecht kon bij De Graafschap, dat juist naar de Ere- divisie was gepromoveerd. In Doetinchem speelde hij drie seizoenen. “In het tweede jaar promoveerden we weer naar de Eredivisie.” Er was voor hem belangstelling vanuit de eerste divisie, maar hij koos voor IJsselmeervogels, dat destijds speelde op het hoogste amateurniveau, de Topklasse. “Ze deden een betere aanbie- ding dan de clubs uit de eerste divisie.” Na twee seizoenen ver- kaste hij naar de amateurs van Ajax. “Daar ben ik op een gege- ven moment gestopt. Ik heb puur voor het plezier gekozen.” Als prof stond Fung-a-Wing vaak als (linker)verdediger ge- posteerd. Bij Slikkerveer be- kleedt hij de rol van aanvallen- de middenvelder. “Ik kan me op deze positie bemoeien met de aanval, lekker hoor”, reageert hij. “Veel mensen weten niet dat ik van origine een aanvaller ben. Mijn trainers in Eredivisie en eerste divisie kozen er altijd voor om mij als verdediger in te zetten.” Dat hij actief is in de kelder van het Nederlandse clubvoetbal deert hem niet. “Daar moet je je op instellen. Het niveau neem ik echt voor lief. Ik heb veel plezier en probeer als een soort leermeester mijn jonge medespelers beter te maken.”

RkJQdWJsaXNoZXIy ODM1NjU=