VoetbalJournaal Barendrecht, november 2018

11 Als winnen het doel is WWW.MOREFOOTBALLS.COM Puur. Voetbal. Teamkleding met de perfecte pasvorm. Jack van den Ende is gids voor RVVH-jeugd Hij hamert op saamhorigheid en weigert spelers van lagere teams links te laten liggen. Jack van den Ende is als coördinator en trainer van RVVH’s JO13 vooral een gids voor zijn spelers. “Op deze leeftijd kan je spelers vormen.” Het is een zon- overgoten zater- dag in Rotterdam en Jack van den Ende heeft de JO13-1 zojuist met 6-0 zien verliezen van thuisclub VOC. “Er zat weinig voetbal in”, stelt de 48-jari- ge oefenmeester even later nuchter vast. “Ik miste de ge- zonde agressie bij ons, we lie- pen achter de tegenstander aan te wandelen.” Van den Ende, zelf ooit een ‘leuk spitsje’ bij Aeolus en Swift Boys in Rotterdam, verheft zijn stem in zijn analyse niet, zoals hij in de kleedkamer ook niet boos wordt. “Dat doe ik nooit. Zo kort na de wedstrijd heeft dat helemaal geen zin. Ze zijn allemaal teleurgesteld. Dinsdag na de warming-up be- spreek ik de wedstrijd na. Dan vertel ik wat er niet goed is ge- gaan en vooral hoe het beter kan. Op deze leeftijd moet je veel aanreiken.” Van den Ende is al voor het vierde seizoen trainer van de JO13-1, het vroegere D1. “Pittig hoor”, zegt hij over de stap die spelertjes moeten maken als ze de D-leeftijd hebben bereikt. “Van een klein naar een groot veld en alles wat daar bij komt kijken. Van buitenspel tot elf tegen elf. Welkom in het echte voetbal.” Het is die uitdaging die Van den Ende in de JO13 trekt, in combinatie met een kwetsbare leeftijd. “De puber- teit komt immers om de hoek kijken.” Bij RVVH is hij coördinator van alle JO13-teams. “Bij andere clubs zie je dat er veel aan- dacht is voor de selectieteams en veel minder voor de elftal- len daaronder. Wij gaan uit van een andere filosofie. Wij vinden iedereen belangrijk. Waarom? Omdat ik ervan overtuigd ben dat dit een leeftijd is waar nog van alles kan gebeuren. Je hebt vroeg- en laatbloeiers. We plukken regelmatig een voetballertje uit de JO13-4 die prima uit de voeten kan in de JO13-1 of JO13-2.” CIRCUITTRAINING Die aandacht voor iedere jeugdspeler komt ook tot ui- ting in de training. Op dinsdag zet Van den Ende een circuit uit met allerlei oefeningen. “Basis- vormen, zoals trappen, passen, dribbelen. We hebben dan een heel veld en alle spelertjes van de JO13 doen mee, ongeacht welk team ze spelen. Op don- derdag hebben we teamtrai- ningen.” Zijn voetbalopvoeding gaat verder dan alleen technisch en tactisch, geeft hij aan. Hij hecht JO17 RVVH blijft Kees van der Weide boeien kleedkamer vol spelers die naar de grond kijken. “Alsof er iemand overleden is. Die verlegenheid past bij de leeftijd van de jongens. Langzaam maar zeker in het seizoen zie je ze ontdooien. Als trainer ben je op zoek naar de interactie, het weerwoord. Dat komt er op een gegeven moment ook. De ene groep heeft alleen wat meer sturing nodig dan de ander.” En de ene lichting heeft meer talent dan de andere. Van der Weide: “Dat is inherent aan de filosofie van RVVH. De club scout geen spelers bij andere clubs en dan ben je dus afhankelijk van eigen opgeleide spelers. Daar is natuurlijk niks mis mee, maar het zorgt wel voor schommelingen in niveau. In mijn eerste seizoen zijn we gepromoveerd naar de hoofdklasse. De afgelopen twee seizoenen zijn we daarin in de middenmoot geëindigd. Daar streven we weer naar, maar het is wel een puzzel waarvan de stukjes moeten passen. Hoe dat zich ontwikkelt, weet je pas aan het einde van het seizoen.” “Mooie leeftijd om mee te werken”, antwoordt Kees van der Weide als hem wordt gevraagd wat er zo aantrekkelijk is aan het trainen van de JO17 van RVVH. “Ik zie in zichzelf kerende en zwijgende jongens komen en zie ze twee jaar later zelfverzekerd naar de JO19 vertrekken. Als voetballer én als mens.” Als ongepolijste, diamanten ko- men ze bij hem binnen, spelers van vijftien jaar die midden in de puberteit zitten. “Ik doe deze leeftijdscategorie al voor het vierde opeenvolgende sei- zoen, maar het blijft me boeien. Die ontwikkeling die die jon- gens meemaken is enorm. De stap van de JO15 naar de JO17 is sowieso gigantisch. Op voetbalgebied worden er op- eens veel meer dingen van een speler gevraagd. Samenspel in plaats van individueel vermo- gen. Dat proces in goede ba- nen begeleiden vind ik echt een uitdaging.” De sportinstructeur in een penitentiaire inrichting zag zijn eigen carrière door blessures in de dop geknakt worden. Die carrière begon veelbelovend, want als verdediger speelde hij een aantal wedstrijden voor Emmen, dat destijds net zijn intrede in het betaalde voetbal had gedaan. “Ik speelde in het C-team van Emmen, dat was zeg maar het tweede team. In die tijd waren de selecties nog niet zo groot dan dat ze nu zijn. Vandaar dat je bij blessures als jeugdspeler snel werd ingezet in het eerste. Ik heb in 1989 een wedstrijd of zeven, acht in de eerste divisie gespeeld.” “Ben Hendriks was toen trainer van Emmen en ik kan me nog herinneren dat we tegen Vi- tesse speelden. Dat werd met tal van coryfeeën, onder wie Jurrie Koolhof, kampioen. Het befaamde ‘Avondje NAC’ heb ik ook meegemaakt.” Toen zijn zoon lid werd van RVVH volgde Van der Weide als trainer. “Ik heb op de CIOS mijn oefenmeester 3 gehaald. Ik heb nooit de ambitie gehad om een eerste elftal te trainen. Geef mij maar de jeugd. Ik vind het geweldig om met die gas- ten bezig te zijn.” RVVH vroeg hem na enkele ja- ren terug als trainer. “Intussen is dit alweer mijn tiende sei- zoen. De eerste zes jaar heb ik de A1, nu de JO19-1, gedaan, dit is mijn vierde seizoen bij de JO17-1. Dat bevalt me prima. Dit is een leeftijd waarop je spelers nog heel erg kunt beïn- vloeden.” Als het seizoen start wordt Van der Weide altijd geconfronteerd met hetzelfde fenomeen: een doodstille waarde aan teamgeest en discipline. “Er willen wel eens jongetjes tussen zitten die een grote mond gaan krijgen in het tweede jaar. Daar moet je mee omgaan. Het is belang- rijk om daar ouders goed in te betrekken. Overleg met ze. Als ouders hun kind voetbal ont- zeggen vanwege wangedrag straffen ze het hele team. Ik probeer het anders oplossen. Confronteer de kinderen met hun gedrag en vraag meteen wat voor straf zichzelf geven als ze weer over de schreef gaan.” Van den Ende heeft bij RVVH loopscholing geïntroduceerd en een paar keer per jaar orga- niseert hij snuffelstages voor zijn spelers. “Voor het team- gevoel, maar ook om dingen te leren.” “Als trainer ben ik natuurlijk hartstikke trots dat vijf spe- lers dit seizoen zijn doorge- stroomd naar de JO15-1, maar net zo trots ben ik op al die an- dere jongens die naar de JO15- 2 zijn gegaan. We spelen in de hoofdklasse, maar resultaat is in deze leeftijdsgroep echt van ondergeschikt belang.”

RkJQdWJsaXNoZXIy ODM1NjU=